Als er in de zomer geen blaadjes aan een boom komen dan weet je als niet-boomspecialist dat het fout zit. Om te voorkomen dat de boom voor gevaarlijke situaties zorgt of andere bomen meeneemt wanneer deze omwaait, wil je vooraf maatregelen nemen. Het is echter niet altijd zo duidelijk voor een leek om te zien of een boom niet gezond meer is en daarom is het altijd verstandig om je perceel met bomen eens in de zoveel jaar te laten onderhouden.
Een boom kan door verschillende redenen worden aangetast. Denk aan een zwam die de boom van binnenuit opeet, verbranding, afgestorven wortels, etc. Wanneer de boom is aangetast is het vaak de beste oplossing om de boom te rooien. Het laten staan wordt (op den duur) echt gevaarlijk. De kans is namelijk groot dat er een tak afbreekt of dat de gehele boom om gaat en op iets of iemand valt. De gevolgen zijn dan niet te overzien.
Bodemdichtheid en boomwortels
De boomverzorgers van Van Weert Rondhout hebben veel kennis en ervaring, waardoor ze met het blote oog al veel kunnen zien. Daarnaast hebben ze ook verschillende tools om te onderzoeken of een boom nog gezond is. Zoals de Penetrometer. Deze steek je in de grond rondom een boom en meet hoe de dichtheid van de bodem is. In een bos zie je weinig problemen met de dichtheid van de grond, maar staan de bomen in een laantje of op een grasveld wat regelmatig gemaaid wordt? Dan kan de maaimachine door zijn gewicht uiteindelijk zorgen voor een verdichting van de bodem. Veel mensen beseffen niet dat dit invloed kan hebben op de gezondheid van een boom. Door de verdichting van de grond kan er namelijk minder goed water de bodem inzakken, maar bevat de bodem ook minder zuurstof, met als gevolg verminderd bodemleven en minder opname van voedingsstoffen. Hierdoor verslechtert de conditie en sterven de wortels en uiteindelijk de boom zelf af.
Holtes in bomen
Daarnaast wordt er ook regelmatig een prikstok gebruikt om de boom op holtes te controleren. Holtes op zich zijn niet erg. Een oude boom moet zelfs een beetje hol worden, anders wordt de stam veel te zwaar. Door de holling wordt de boom iets flexibeler bijvoorbeeld met harde wind. De stelregel is dat een boom voor maximaal 70% hol mag zijn. De prikstok – die om de tien centimeter een streepje bevat - steek je in een holte om te bepalen hoe diep deze in de boom gaat. Heb je een boom met een diameter van vijftig centimeter en kan je de prikstok er veertig centimeter in steken? Dan heb je maar 20% restwand over en deze moet minimaal 30% zijn voor een gezonde boom. Wanneer dit niet zo is, weten wij dat er iets met de boom aan de hand is en deze niet meer veilig is.
Zwamaantasting boom
Tot slot gebruiken we ook vaak een klophamer om de boom te beoordelen. Als een boom geen holtes heeft en je toch wilt weten of deze gezond gevuld is aan de binnenkant dan kan je de klophamer tegen de boom tikken. Bij gezond hout hoor je een mooie ‘kloink’, terwijl je bij een rot stuk hout een veel doffere klap hoort. Daarmee kan je dus achterhalen waar een zwamaantasting in de boom zit, hoe deze ongeveer loopt en wat de grootte is. Een zwamaantasting is heel moeilijk te herstellen, waardoor we er vaak voor moeten kiezen om de boom weg te halen. Het kappen van een boom hoeft niet iets slechts te zijn in dit geval, want het is veiliger en geeft de andere bomen en struiken de mogelijkheid om zich te ontwikkelen.
Kroonverankering
Een van de andere problemen die we vaker bij bomen tegenkomen is plakoksel. Hierbij groeien twee stammen uit dezelfde oksel steil omhoog en krijg je als het ware een splitsing in de boom. Normaal gesproken vergroeien stam en takweefsel met elkaar, maar bij een plakoksel heb je twee stamweefsels tegen elkaar aan zitten wat niet met elkaar vergroeit. Dat geeft een groter risico op uitbreken en kan het dus gevaarlijke situaties veroorzaken. Nu kan je deze boom uiteindelijk kappen, maar soms is het plaatsen van een kroonverankering tussen twee kronen of takdelen ook een optie. Dit is een (slaphangende) gevlochten lijn die je plaatst tussen deze twee delen. Wanneer een van de delen breekt, blijft deze aan de lijn hangen en valt hij niet naar beneden. Deze lijn hang je altijd op een hoogte van twee derde deel vanaf waar het gebrek zit om het juiste evenwicht te creëren bij het afbreken. Mede hierdoor is het wel nodig om de kroonverankering om de drie tot vijf jaar te controleren en waar nodig te vervangen. Wanneer een boom een mechanisch gebrek heeft aan een lage steltak is dit ook een goede optie.
Heb jij (diverse) bomen op je terrein staan of zelfs een bosperceel? Informeer dan gerust naar de mogelijkheden om jou te ondersteunen met het onderhoud.
